Voeg meer toe dan een 7-jarige

-

“Poeh papa, wat zijn we druk geweest he!?” aldus mijn zoontje na het in elkaar zetten van de onvermijdelijke Ikea-kast. “Ja jongen, goed bezig” en we nemen tevreden een koekje. Eigenlijk hebben we niets aan zijn inbreng. Maar goed: hij is 7 jaar en als hij het opmeten van elk plankje en schroefje leuk vindt, dan ben ik als licht ontvlambare klusser maar wat tevreden dat hij zichzelf bezighoudt. En toegegeven: hij doet zijn werk ook uitmuntend, echt vakwerk! Geen onderdeel wordt overgeslagen, alles wordt nauwkeurig gemeten en gedetailleerd opgeschreven. Een 10 voor vlijt en ijver, maar een toegevoegde waarde van nul komma nul.

Wat heeft dit voorbeeld met softwareontwikkeling te maken? Heel veel, iedere dag doen vele professionals precies hetzelfde: met veel enthousiasme en toewijding werken aan producten en diensten, zonder dat dit waarde toevoegt en voldoet aan de oorspronkelijke wens van de klant.

Laat ik meteen eerlijk zijn, deze fout heb ik in het verleden ook gemaakt. Het resultaat: mooie sprints, maar weggegooid werk en prachtige software die nooit in productie is gekomen. Toegegeven, het was een heel waardevolle ervaring voor mij. Alleen daar doen we het natuurlijk niet voor. Als organisatie en professional wil je waarde toevoegen en niet onnodig geld spenderen. Laten we niet vergeten dat een sprint van een volwaardig team (ook als je intern ontwikkelt) al snel €20.000 kost. Geld dat je niet wil verkwanselen. Daarom de vraag: hoe kan een dergelijke mismatch ontstaan? En nog belangrijker: hoe kunnen wij dit samen voorkomen?

Het gaat toch lekker?

Het is niet reëel om te denken dat dit alleen gebeurt in niet functionerende organisaties met een gesloten cultuur. Ook in goed functionerende organisaties is dit helaas regelmatig aan de orde. Er kan een sfeer ontstaan waarin naar eer en geweten gewerkt wordt, maar er geen open en positief kritische houding is. De sprints worden netjes afgewerkt, de sfeer is ok, het team doet zijn demo’s en de product owner maakt zijn rapportages. Er is niemand die zich zorgen maakt en alles kabbelt lekker verder. En dat is precies het probleem, niemand die opstaat en zich afvraagt: zijn we nog goed bezig!? Terwijl iedereen die stemmetjes wel eens heeft in zijn hoofd en daar ligt de crux.

Luister naar dat stemmetje

Hoe kunnen wij dit dan voorkomen? Wellicht een open deur, maar de sleutel zit in communicatie. Ik heb geleerd om naar dat knagende stemmetje te luisteren. Nee, niet dat stemmetje dat zich afvraagt of je nou wel of niet die auto op slot hebt gedaan, want die staat toch altijd op slot. Het zijn vragen als: Willen de klanten dit eigenlijk wel? Klopt de architectuur met wat we willen maken? Moet dit echt zoveel tijd kosten? Weten wij wanneer het genoeg is? Kan dit wel in productie worden genomen? Dat soort vragen. Ja, ze zijn irritant en helemaal als iemand anders ze stelt over jouw project, jouw kindje. Maar het zijn de noodzakelijke vragen die binnen een team regelmatig gesteld moeten worden.

Het is niet kwetsen

Waarom worden deze vragen dan toch te weinig gesteld? Ondanks dat iedereen wel eens last heeft van dat knagende stemmetje, zijn wij vaak te bang om mensen te kwetsen of vervelend gevonden te worden. We zijn toch lekker bezig met zijn allen? Laat ik maar niets zeggen, de sfeer goed houden en simpelweg mijn werk doen. De weg van de minste weerstand, maar ook de weg van het minste resultaat.

Naar mijn mening een misvatting. Je positief kritisch uitlaten in belang van de kwaliteit van een project, betekent niet dat je mensen kwetst. Persoonlijk vind ik het kwetsender als iemand zich niet durft te uiten en vervolgens weken lang andere mensen werken aan iets wat nauwelijks waarde toevoegt. Dus creëer die cultuur van openheid. Uit je zorgen. En stel die kritische vragen in het belang van het resultaat. In het slechtste geval ben je je zorgen kwijt en met een beetje geluk (of juist pech?) bespaar je tonnen.

Makkelijker gezegd dan gedaan

Dit klinkt allemaal leuk, maar is makkelijker gezegd dan gedaan. Er is geen één kant en klare oplossing, maar er is wel overal de ruimte om te kijken wat werkt en de eerste stappen te zetten naar een meer open cultuur. Denk dan aan:

  • Uit in de retrospective. Iedereen die via Agile werkt snapt dat dit het platform is voor achterhoofdstemmetjes.
  • Denk groot begin klein. Begin het project klein en valideer met klanten, zo krijg je meer zekerheid over je investeringen. Kan het nog niet met klanten in productie, organiseer dan een klantensessie waarin je oplossingen toetst. Copy paste van Agile natuurlijk, maar wie doet dit nou echt bij al zijn grote projecten?
  • Vraag een collega mee te kijken. Het liefst iemand met grote afstand van het project. Of je nou ontwikkelaar, architect, designer of product owner bent, het is goed om een andere blik te krijgen op het project. Of organiseer een reviewsessie in je disciplinaire team.
  • Plan een tussentijdse projectevaluatie. Doe dit met je team na meerdere sprints en bespreek alle zorgen. Wees extra kritisch als het project nog geen waarde toevoegt in productie. Zorg voor een externe begeleider voor deze sessie.
  • Betrek een ander om samen tot actie over te gaan. Uit je zorgen bij iemand waarvan je weet dat hij of zij actie onderneemt. Iedereen kent binnen zijn organisatie wel een persoon die bekend staat om het ondernemen van actie.

Dus ben je dagelijks hard aan het werk en hoor je het knagen in je hoofd? Luister naar dat stemmetje en uit je zorgen, dan ben je niet alleen druk maar ook nog eens nuttig. Anders kan je altijd nog mijn zoontje assisteren, hij heeft zojuist zijn project uitgebreid naar het opmeten van alle muren en meubels.